De marine
De marine is één van de vier onderdelen van het leger. De andere zijn de luchtmacht, de landmacht en de marechaussee. Die vier heten samen officieel de Nederlandse Strijdkrachten. Elk onderdeel heeft zijn eigen taken. De marine verdedigt de zee, de luchtmacht de lucht en de landmacht het land. De marechaussee is de politie van alle soldaten. Bij de marine werken in totaal zo'n 15 duizend mannen en vrouwen. Ongeveer 11 duizend daarvan zijn militairen. Zij kunnen vechten als dat nodig is. Maar de marine wordt niet alleen bij oorlogen ingezet. Marinemensen doen nog veel meer.
De vloot
De marine heeft ongeveer veertig schepen. Samen heten die de vloot. Ze zijn te herkennen aan hun grijze kleur. Op alle schepen staat een nummer. Aan dat nummer kunnen marinemensen uit andere landen zien wat voor soort schip het is. De schepen hebben ook namen. De 'Van Nes' bijvoorbeeld, en de 'Van Speyk'. Voor de naam staat ook nog Hr.Ms. Dat staat voor Harer Majesteits. Dat betekent dat het schip in dienst is van koningin Beatrix. Als straks Willem-Alexander koning wordt, komt er voor de scheepsnamen Zr.Ms. te staan: 'Zijner Majesteits'. Alle Nederlandse marineschepen hebben de Nederlandse vlag in top.
Soms houdt de marine open dagen. Je kunt dan kijken op een marineschip.
Marineschepen zijn dan wel allemaal grijs, er zijn ook veel verschillen. Fregatten zijn flinke schepen. Er passen er twee naast elkaar op een voetbalveld. Aan boord zijn kanonnen en torpedo's. Dat zijn raketten waarmee onder water geschoten kan worden. Fregatten hebben ook meestal een klein vliegveldje aan dek. Daar kunnen helikopters op landen. De marine heeft ook mijnenjagers. Die zijn kleiner dan fregatten. Er passen er wel tien op één voetbalveld. Mijnenjagers kunnen op zee naar mijnen zoeken en ze onschadelijk maken. Een mijn is een drijvende bom. Als je er tegenaan vaart, ontploft hij.
Een mijnenjager heeft allerlei apparatuur aan boord om mijnen op te sporen.
De Nederlandse marine heeft ook vier onderzeeboten. Die kunnen onder water varen. Ze hebben de vorm van een sigaar. Op die manier kunnen ze snel door het water glijden. Niemand ziet ze dan. Maar de bemanning kan andere boten wel zien. Met speciale apparatuur en een soort buis die ze boven water steken. Verder heeft de marine twee bevoorradingsschepen. Die kunnen benzine, reserve-onderdelen, water en eten naar de marineschepen brengen. Want de schepen zijn vaak maandenlang weg.