Nederlands-Indië
Aan de andere kant van de wereld ligt Indonesië. Tot 1949 hoorde het bij Nederland. Zo is het niet altijd geweest. De eerste Nederlanders kwamen rond het jaar 1600 naar het eilandenrijk voor de handel. Ze haalden er
specerijen die ze voor veel geld in Europa verkochten.
De handelaren werden steenrijk en de macht van Nederland werd steeds groter. In 1815 werd het land een Nederlandse
kolonie, Nederlands-Indië genoemd. De hoofdstad was Batavia.
De bevolking werd lang uitgebuit. Ze moesten voor een klein loon hard werken op de
plantages. Langzaam maar zeker kwamen de mensen in verzet. Ze wilden hun land zelf regeren. Er kwamen steeds meer opstanden. Na de Tweede Wereldoorlog werd de zelfstandige Republiek Indonesia uitgeroepen. De Nederlandse regering was het daar niet mee eens en stuurde een leger van meer dan 100.000 soldaten. Het duurde nog tot 1949 voordat Indonesië onafhankelijk was.
De markt van Batavia met op de achtergrond een fort. Het gebouw links is een pakhuis waar handelswaar werd opgeslagen.
Het begin
In de 16e eeuw (1500-1600) trokken Nederlandse handelaren naar Azië voor de specerijhandel. Al snel bleek dat het voor hen beter was als ze zouden samenwerken. Daarom richtten ze in 1602 de
Verenigde Oost-Indische Compagnie op. Op sommige eilanden stichtten ze plekken om te kunnen overnachten en om handelswaar op te slaan. Deze posten werden verdedigd door een gebouw met dikke muren, waar kanonnen bovenop staan. Batavia was de belangrijkste post. Het werd later de hoofdstad van het Indische rijk.
De macht van de VOC was heel groot. Ze had een eigen leger en kon een oorlog beginnen zonder toestemming te vragen aan de Nederlandse regering. Om het
monopolie te krijgen, gebruikte de VOC veel geweld. Daardoor werden veel eilandbewoners vermoord.
Eind 18e eeuw (1700-1800) was de rol van de VOC uitgespeeld en nam de Nederlandse regering de bezittingen van de VOC over. Nederlands-Indië werd een kolonie. De boeren werden verplicht om hun oogst aan Nederland te geven. Ze kregen daar een klein beetje loon voor. Ook moesten de inwoners producten maken die voor veel geld werden verkocht. Nederlanders werden daardoor erg rijk, terwijl de Indonesiërs werden uitgebuit.
Vanaf 1900 gingen steeds meer Nederlanders in Indië wonen. Ze begonnen er bijvoorbeeld een plantage. Ze woonden in prachtige huizen en lieten de Indonesiërs als hun bedienden werken. Zij moesten de Nederlanders altijd gehoorzamen.
De Tweede Wereldoorlog
In 1939 brak de Tweede Wereldoorlog uit, ook in Azië. Daar werd Nederlands-Indië door de Japanners veroverd. Veel Indonesiërs waren blij, ze werden eindelijk bevrijd van hun Nederlandse bezetters. Deze
nationalisten wilden hun land zelf besturen. Omdat de Nederlandse regering het daar niet mee eens was, is er een lange onafhankelijkheidsoorlog gevoerd. Veel mensen verlieten het land om in Nederland te gaan wonen, onder hen ook veel
Indo’s.
Omdat er zo veel mensen met een Indonesische achtergrond in Nederland wonen, heeft dat invloed op de cultuur. Bepaalde gerechten bijvoorbeeld, zijn zo ingeburgerd dat we niet eens meer beseffen dat ze eigenlijk Indonesisch zijn, zoals saté en nasi.
Ook in de taal gebruiken we Indonesische woorden, bijvoorbeeld toko wat winkel betekent. Of soebatten: op een vriendelijke manier om iets blijven vragen.
Het is niet toevallig dat er in Nederland veel Indonesische restaurants zijn.
Dit is een samenvatting van Informatieboekje 57 Nederlands-Indië.