Documentatiecentrum

Skiën

In Europa zijn verschillende skigebieden. De meeste liggen in de Alpen, een groot gebied met bergen, dat in verschillende landen ligt, zoals Frankrijk, Zwitserland, Italië, Oostenrijk en Duitsland. In de winter ligt daar vaak een dik pak sneeuw. Vaak is de lucht blauw, schijnt de zon en zie je zelfs in de verte besneeuwde bergtoppen. Op de hellingen bij de dorpen worden in de sneeuw elk jaar pistes aangelegd. Daar kunnen mensen skiën. Er staan ook skiliften waarmee je naar de pistes kunt gaan. In Nederland en België zijn geen hoge bergen om op te skiën. Er zijn wel verschillende skibanen. Op die banen ligt echte sneeuw, die met machines op de baan wordt gespoten.


© Alamy/Imageselect, Wassenaar

In het Franse skigebied Chamonix staat de steilste en langste gondellift van Europa.

Wat heb je nodig?

Om te skiën heb je ski’s, skistokken, skischoenen en een helm nodig. Je kunt deze spullen zelf kopen en meenemen, maar je kunt ze ook huren in het skigebied. Wat voor ski’s je neemt, hangt af van je lengte, je gewicht en hoe goed je kunt skiën. Begin je net, dan neem je kortere ski’s. Daarmee kun je gemakkelijker bochtjes maken. Veel mensen gaan ook naar de bergen om te snowboarden. Je gaat dan op één brede plank naar beneden.
Vaak ben je de hele dag buiten bezig. Het is dan ook belangrijk dat je goed warm blijft. Bij het skiën draag je daarom een paar lagen kleding over elkaar. Over een dunne, warme broek en shirt draag je een trui. Daaroverheen draag je een waterdichte ski-jas en skibroek.


© Age Fotostock, Barcelona

Deze carve ski’s zijn in het midden smaller dan aan de uiteinden. Hierdoor kun je makkelijker bochten maken.

Details en informatie

  • Titel: Skiën
  • Auteur(s): Susan Schaeffer
  • Nummer: 87
  • Niveau: 2
  • Siso: J 618.12
123movies